Ommen – Kaneelkoek omvangen met marsepein, en een combinatie van brood en koek. Dat is de basis voor speciale lekkernijen die de Ommer bakkers Van der Most en Ten Brinke hebben ontwikkeld, om geld in te zamelen voor de bouw van een replica van een historische Vechtzomp in Ommen. Een deel van de inkomsten van de verkoop van de respectievelijk benoemde Vechtzomp en Ommer Zomp komt ten goede aan de bouw van de Vechtzomp ‘Hanzestad Ommen’.
Begroting
Dat vormt dan een mooie bijdrage, om de begroting van de bouw ‘rond’ te krijgen. Want dat is nog wel een dingetje. “De grote uitgaven hebben we al redelijk aan het begin gehad. We zijn ook al heel ver en kunnen voorlopig nog door, maar er is nog wel iets te doen”, zegt penningmeester Dinand Martens. “Het zou wel mooi zijn als we dit jaar het leeuwendeel kunnen binnenhalen.” Door de corona pandemie zijn er onverwachts extra kosten bij gekomen.
Normaal gesproken is het één professional samen met vrijwilligers uit een groep van twaalf die zich met de bouw bezighouden. “Maar de vrijwilligers zijn allemaal mensen die flink in de risicogroep zitten. En zij zijn de afgelopen tijd minder of niet gekomen.”, licht Martens toe. “Heel terecht overigens.” Maar de bouw moest wel doorgaan. Dat betekende dat er meer tijd van scheepsbouwmeester Harmen Timmerman -de professional- moest worden ingehuurd. Wat natuurlijk ook weer kosten met zich meebracht.
Zo’n 10 à 12 procent van de bouwkosten moet nog worden verzameld. “Als we nog zo’n 15.000 à 20.000 euro bij elkaar sprokkelen zitten we waarschijnlijk goed”, licht de penningmeester toe. De opbrengst uit de verkoop van de lekkernijen zal dat gat waarschijnlijk niet vullen, maar alle kleine beetjes helpen natuurlijk. “En de gedachte is ook gewoon mooi. Hier komt de samenwerking weer tot uiting”, aldus Martens. “In deze coronatijd kun je moeilijk naar het bedrijfsleven gaan om steun te vragen. Daarom waarderen we het eigenlijk des te meer dat hier twee lokale ondernemers staan, die het initiatief hebben genomen om ons te gaan helpen”, bedankt voorzitter Hans Bottema van de Stichting Vechtzomp ‘Hanzestad Ommen’ beide bakkers.
Planning
Ongeveer een jaar geleden werd begonnen met het inrichten van de Scheepstimmerwerf tegenover molen De Lelie, en in juni vorig jaar met de daadwerkelijke bouw. Er is drie jaar voor uitgetrokken, en de planning is dat in het voorjaar van 2023 de tewaterlating plaats kan vinden. “Tot aan november vorig jaar hebben we nog behoorlijk kunnen bouwen. Maar toen kwam de tweede coronagolf, en was het gas los en rem erop”, licht Bottema toe. Sindsdien werd er vrijwel alleen nog maar op de maandag gewerkt.
Voornamelijk door scheepsbouwmeester Timmerman, samen met twee vrijwilligers. Sinds afgelopen maart is ook Gerrit Veerman samen met een andere collega weer begonnen. “In het eerste half jaar waren we zowat een half jaar voor op schema gekomen, maar de nadruk ligt op waren”, zegt Veerman. “We liggen nu eigenlijk een beetje achter op de planning”, vult Bottema aan.
Er wordt ondertussen wel gestaag doorgewerkt, en de zomp begint al aardig vorm te krijgen. De vrijwilligers, die de bouw toch echt dragen, hebben op zich nog even tijd. “Stel dat we wel eerder klaar zijn, bijvoorbeeld eind 2022, dan kan die toch het water niet in. Het is in die periode hoog water, en dan moet de Vecht zo leeg mogelijk zijn”, verklaard Veerman. Er is dan ook nog voldoende tijd om gidsen te vinden, en voor de schippers om hun vaarbewijs te halen.
Educatief
Als de zomp eenmaal vaart is er ruimte voor circa 20 tot 24 mensen. De gidsen moeten dan de beleving compleet maken. “Als je vanaf het water naar een plaats kijkt beleef je hem heel anders”, meent Martens. Bij een schoolreisje zouden er wellicht wat meer kinderen op kunnen. “Ons idee is om hem bijvoorbeeld ook daarvoor in te zetten. Je kunt er natuurlijk een prachtig educatief karakter aan geven.”
De Vecht op
De Ommer Vechtzomp zal tegen die tijd het gat tussen Gramsbergen en Dalfsen opvullen, waar nu al soortgelijke schepen varen. “We willen grofweg varen tot Vilsteren en de Beerze Bulten. Maar dat is al een aardig stukje hoor”, licht Bottema toe. Echt snel gaat het immers niet. Veerman: “We zijn vorige week in Gramsbergen geweest, en hebben een hele goede samenwerking. Mensen kunnen daar straks op een zomp stappen, dan overstappen op onze, en later weer naar de Dalfser. Er is alleen maar goede samenwerking, en geen sprake van competitie.”
Lekkernij
Het initiatief voor de actie met de lekkernijen kwam vanuit de bakkers zelf. Bakker Mark van der Most had zijn baksel al. “We hadden het broodje al, maar die moest nog een naam hebben”, legt hij uit. Van der Most probeert altijd een leuke naam te vinden, en omdat er graan wordt gebruikt dat in Vilsteren groeit werd de verbinding met de omgeving gezocht. Toegeven: het is wel wat door de vingers kijken. Maar er werd een bootje gezien in het bakkers product. En zo kwam men uiteindelijk terecht bij de Vechtzomp. Eerst bij de zomp in Dalfsen, waar Van der Most ook een bakkerij heeft. Maar al snel werd ook contact gelegd met Ommen. “Ik wist eigenlijk eerst niet eens dat er meerdere waren. Die van Dalfsen lag natuurlijk al in de vaart.”
Het brood moest er nog wel wat meer uit komen te zien als een zomp, dus werd er een bedrukt en gevormd kartonnen bandje gemaakt; zodat de uitstraling compleet is. “Alleen de mast ontbreekt nog, maar prik er een satéprikker in en je hebt een schip”, lacht Van der Most. De lekkernij is volgens de bakker de perfectie combinatie van brood en koek. “Onderin zit de koek, erbovenop het streekbrood met bitterkoekjes erdoorheen. Verder zitten er rozijnen in, en een vleugje kaneel. En natuurlijk de streekeigen granen.” Omdat Van der Most ook de link heeft met de zomp in Dalfsen heet zijn werk simpel weg de Vechtzomp.
Marsepein
In Ommen werd de link gelegd met bakker Berjan ten Brinke; de andere bakker in Ommen. Hij bedacht een speciaal gebakje, dat de naam Ommer Zomp draagt. Behalve de vorm is deze niet te vergelijken met het bedenksel van Van der Most. “Ik wist al wat Mark had, dus ik wou natuurlijk niet hetzelfde doen”, zegt Ten Brinke. “Het is een cake gevuld met hazelnoot crème, en omtrokken met marsepein.” Bovenop staat het logo van de Ommer Vechtzomp, maar verder lijkt het exemplaar uit Ommen zelf ook beduidend meer op een zomp; compleet tot aan de zwaarden toe. “Dit is echt een gebak. Het is een delicatesse zeggen we dan altijd”, aldus Ten Brinke.
Plankje
Het brood van Van der Most is al even te koop, en de cake van Ten Brinke ligt vanaf morgen in de toonbank. Het brood van Van der Most gaat voor €6,50 over de toonbank, en die van Ten Brinke voor €12,50. Voor een meerprijs van vijf euro kan er een ‘kaasplankje’ bij worden aangeschaft. Deze worden bij ATC Ommen gemaakt door leerlingen van de Boslustschool en De Maat, van hout dat uit oude planken uit een kaasfabriek wordt gezaagd.
Het logo van de Vechtzomp is er in een hoek in gelaserd. “We proberen dat zo samen met elkaar te doen. Het ziet er heel professioneel uit, en het presenteert gewoon mooi. En dat plankje kun je natuurlijk mooi weer gebruiken”, zegt Martens. “Ze zijn ook heel geschikt voor cadeau pakketten. Mooi om in te pakken en weg te geven”, vult Ten Brinke aan.
Een deel van de inkomsten uit de verkopen komt dus ten goede aan de Stichting Vechtzomp ‘Hanzestad Ommen’. Omdat het project sterk lokaal verankerd is, werden vanmorgen symbolisch de eerste exemplaren overhandigd aan Alice van den Nieuwboer; voorzitster van de Oranjevereniging Ommen. “Ik heb ze beide geproefd, en kan ze van harte aanbevelen. Het mooiste is natuurlijk om er van elk eentje te kopen, want dan kunnen ze worden vergelijken”, zei Bottema met een knipoog.
Meer informatie de stichting, en ook over doneren, is te vinden via https://www.ommervechtzomp.nl/.