Kinderen OBS De Dennenkamp gaan meer bewegen

Ommen – De kinderen van OBS De Dennenkamp gaan voortaan meerdere keren per week bewegen. De basisschool aan de Tureluur is al een Gezonde School, en let bijvoorbeeld op voeding. Maar uit landelijke onderzoeken blijkt dat kinderen vooral nu tijdens de coronacrisis veel minder bewegen. Het idee om de kroost meer op school te laten bewegen komt uit Schotland, daar wordt het initiatief The Daily Mile genoemd.

Meervoudig wereldkampioen schaatsen Erben Wennemars is ambassadeur van het project in Nederland. “De kinderen zijn er niet voor gemaakt om de hele dag stil te zitten. Als ze dan even naar buiten gaan, kunnen ze hun energie kwijt. Ze zijn daarna in de klas rustiger, en leren ze ook beter”, aldus de Dalfsenaar. “Bovendien is het een heel simpel en laagdrempelig initiatief, waar alle scholen gewoon morgen mee kunnen beginnen. Je hoeft niks te organiseren. De kinderen hoeven geen andere kleding aan, dus het geeft ook geen gedoe met omkleden. Je loopt gewoon een paar rondjes om de school heen, en je bent al goed aan de gang.”

Vanmorgen was er een start momentje op het veldje naast de school, waar nog dit najaar wordt begonnen met de bouw van het nieuwe Kindplein West. Nadat wethouder Ko Scheele het startschot gaf kwamen de verschillende groepen in beweging. Wennemars liep natuurlijk ook even een aantal rondjes mee. De activiteit van vanochtend is onderdeel van de NOC*NSF Nationale Sportweek.

Wethouder Ko Scheele (l.) kijkt toe terwijl school directrice Mirjan Vukkink de aanwezigen toespreekt, rechts Erben Wennemars.

The Daily Mile

The Daily Mile kan worden gezien als een korte pauze, om de benen even te strekken en het brein wakker te schudden. Een aantal keer per week gaan de leerlingen en leerkrachten naar buiten om een kwartier te bewegen. “Allemaal voor de gezondheid. Het gaat erom dat de kinderen naar buiten gaan, en met elkaar in beweging komen. Niet om wie de snelste is, of dat ze Olympisch kampioen worden”, zegt Wennemars. Hoewel het streven het lopen van een Engelse mijl is, zo’n 1,6 kilometer, gaat het erom dat de kinderen een kwartier in hun eigen tempo bewegen met hun klasgenoten. Want ook de allerkleinsten doen mee.

Het is een effectieve maar eenvoudige aanpak die kan worden toegepast op elke basisschool of peuterspeelzaal. Mits er natuurlijk tot een zekere mate ruimte voor is, maar dat is in Ommen geen probleem. Een effectstudie door het Mulier Instituut toont dat kinderen in de groepen vijf tot en met acht, na twaalf weken drie of vier keer per week bewegen, hun uithoudingsvermogen aanzienlijk verbeterden. Maar het bewegen heeft ook impact op het concentratieniveau, hun stemming, gedrag en algehele welzijn.

Concentratie

Directrice Mirjan Vukkink beaamt dit. “Wij merken dat de kinderen het heel leuk vinden om in de klas te werken, maar ook om weer even lekker te rennen en bewegen”, zegt ze. Vooral afwisselen blijkt goed te werken, en kinderen hebben daardoor meer zin in schoolwerk. “We merken dat ze meer gemotiveerd zijn, en enthousiaster zijn.” Ook groep 3 en 4 lerares Vera Bennink vindt zich daarin: “De kinderen zijn een stuk fitter. En zijn daarna goed gefocust, om weer aan de slag te gaan. Zo’n uitlaat klep is belangrijk voor de concentratie.”

Om dat positieve effect maximaal te benutten wordt er goed in de roosters gekeken, om te zien wat het beste moment is, en wanneer de kinderen behoefte hebben om de benen even te strekken. Doordat niet alle leerlingen tegelijk naar buiten gaan is er ook voldoende ruimte.

Uiteraard liep Erben Wennemars zelf ook mee.

Overgewicht kinderen

De coronacrisis heeft, ondanks de nog relatief korte aanwezigheid, er al voor gezorgd dat kinderen gemiddeld meer overgewicht hebben. Academisch ziekenhuis Maastricht UMC+ heeft onderzoek gedaan, en stelt dat één op de vijf kinderen is aangekomen tijdens de coronacrisis. Bij kinderen die al overgewicht hadden is dit zelfs zo’n 40 procent. Uit dat onderzoek blijkt ook dat één op de drie kinderen meer ongezonde tussendoortjes is gaan eten tijdens de coronacrisis.

“Zeer zorgelijk”, zegt Wennemars. “Daarom zijn dit soort initiatieven ook gewoon superbelangrijk. De kinderen kunnen er vaak niks aan doen, die leven in een omgeving waarin heel veel ongezond voedsel beschikbaar is, en ze worden niet meer uitgedaagd om te gaan bewegen. We moeten ze juist weer op school gaan leren dat bewegen normaal en goed is.”

Minder beweging

Uit datzelfde onderzoek blijkt dat driekwart van de jongeren minder is gaan bewegen. Gemiddeld 51 minuten per dag minder, dan vorig jaar rond dezelfde tijd. In 2019 haalde 64 procent van de kinderen nog de beweegnorm van één uur matig-intensieve beweging per dag, maar volgens het Maastrichtse ziekenhuis daalde dit tijdens de coronacrisis tot nog maar twintig procent.

Erben Wennemars spreekt de aanwezigen toe.

De oorzaak kan deels in dit voorjaar worden gevonden. In maart werd besloten de scholen te sluiten, en ook bij sportclubs moesten de deuren dicht. Sportvelden waren ook niet meer te gebruiken. Inmiddels zijn deze instellingen wel weer open. Maar in de tussenliggende periode kwam de dagindeling van kinderen er opeens heel anders uit te zien.

Water

Door het drinken van gezoete drankjes krijgen kinderen jaarlijks al gauw zes kilogram aan suiker binnen; het equivalent van zo’n 1.500 suikerklontjes. Die grote hoeveelheden draagt bij aan obesitas onder kinderen. Door meer water te drinken kan dit worden voorkomen. “We moeten leren dat water drinken normaal is, het is te bizar voor woorden wat er in die drankjes zit”, aldus Wennemars. Om te zorgen dat de jongelingen van De Dennenkamp genoeg (gaan) drinken wordt er mee gedaan aan het project DrinkWater.

“De kinderen krijgen allemaal een bidon, en wij maken van de woensdag de ‘waterdag’. Dan vragen we alle kinderen die bidon gevuld met water mee naar school te nemen, en op te drinken”, legt Vukkink uit. “Maar ze mogen hem natuurlijk ook elke dag meenemen!” De hoop is dat de kinderen voortaan helemaal geen pakjes of blikjes fris meer meekrijgen, maar water gaan drinken. De bidons worden voorzien door DrinkWater. Vanmorgen werden symbolisch de eerste exemplaren overhandigd aan de 4-jarige Siem die de jongste leerling is, en aan Ali die met zijn 13 jaar de oudste is.

Symbolisch werden de eerste bidons overhandigd aan Siem (4) en Ali (13).