College denkt aan verplaatsen oorlogsmonument; en toch een pontje over Vecht

Ommen – De gemeente Ommen ziet kans om toch ergens binnen de gemeentegrenzen een pontje over de Vecht aan te leggen. Bij Dalfsen is er al een fietspontje, en onder de gemeente Hardenberg is ook in de zomermaanden een pontje om fietsers en voetgangers de Vecht over te laten varen. Het idee voor een pontje werd al eerder aangedragen, maar er kon in eerste instantie geen overeenstemming worden bereikt met grondeigenaren over een locatie. De plannen werden stopgezet, en de beschikbare middelen elders ingezet.

Het beeldhouwwerk dat boven de ingang van de fietsenkelder van het gemeentehuis hangt.

Ruimte voor de Vecht

Inmiddels is er wel een kansrijke locatie gevonden om het pontje te kunnen realiseren. Het pontje is onderdeel van het programma ‘Ruimte voor de Vecht’, en kost de gemeente eenmalig 185.000 euro. Hierbij wordt opgemerkt dat er in dit bedrag geen rekening wordt gehouden met de structurele kosten waarvoor nog dekking gezocht zal moeten worden. Het pontje past in het projectplan ‘Tien Torens’, waarbij een tiental topplekken een onderscheidende bijdrage leveren aan het ‘tastbaar’ en ‘beleefbaar’ maken van de identiteit en essentie van het Vechtdal voor bezoekers. Het is nog niet bekend welke locatie de gemeente op het oog heeft. De komst van het pontje zal nog worden behandeld bij de Kadernota.

Daarnaast wil Ommen de Vecht nog meer recreatief benutten. De bevaarbaarheid van de Vecht heeft beperkingen, maar kan wel een impuls geven aan de waterrecreatie. Het college wil met de belangrijkste stakeholders in gesprek gaan om te bekijken hoe er meer geïnvesteerd kan worden in recreatie en toerisme rondom de Vecht.

TIP

Daarnaast wil de gemeente een nog onbekend bedrag investeren in een Toeristisch Informatiepunt (TIP). De gemeente vindt het huidige Toeristisch Informatiepunt onvoldoende zichtbaar. “Toerisme en recreatie zijn een belangrijke economische pijler voor Ommen. Mensen naar Ommen trekken is belangrijk maar ook om ze hier te houden en te faciliteren met veel informatie over Ommen”, laat het college weten. Volgens de gemeente is een toeristisch informatiepunt daarvoor een belangrijke drager. Zij willen de TIP op een meer zichtbare locatie hebben. “Ook zullen we mee moeten bewegen met de steeds meer toenemende digitalisering.”

‘Ter herinnering van de strijd voor de vrijheid en het verzet tegen de onderdrukking in de oorlogsjaren 1940-1945.’

Oorlogsmonument

Het gemeentebestuur wil onderzoeken of het oorlogsmonument bij het gemeentehuis verplaatst kan worden naar een plek die meer centraal in de samenleving staat. Het gebeeldhouwd herdenkingsmonument bevindt zich aan de muur van het gemeentehuis. ‘Ter herinnering van de strijd voor de vrijheid en het verzet tegen de onderdrukking in de oorlogsjaren 1940-1945.’ Sinds 2015 worden ook alle 71 Ommenaren die sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog door oorlogshandelingen zijn omgekomen herdacht met hun namen op twee glazen panelen aan weerzijden van het beeldhouwwerk. “De huidige locatie, boven de ingang van de fietsenkelder, vinden wij onvoldoende recht doen aan het respect dat dit monument verdient. En de mensen die hiermee worden herdacht”, aldus het college. De gemeente onderzoekt dit jaar via een participatief proces of er een meer geschikte locatie in Ommen is. “Als dat zo is willen de verplaatsing in 2020 realiseren, voor de herdenking van mei 2020.” Wat de eventuele eenmalige kosten zullen zijn is nog onduidelijk.

75 jaar vrijheid

Voor de viering van 75 jaar vrijheid in 2020 trekt de gemeente 25.000 euro uit. De doelstellingen van het Nationaal Comité worden door het gemeentebestuur onderschreven. Deze gaan naast educatie ook over de betekenis van vrijheid, en de kwetsbaarheid ervan. In het programma is ook een bijzondere viering van vrijheid. Er is een aparte stichting opgericht die zorg draagt voor de diverse activiteiten en feestelijkheden gedurende dit bijzondere jaar. Op basis van het uiteindelijke programma komt het bedrag dan beschikbaar in de vorm van een gemaximeerde cofinanciering.